Bart De Wever, een afstammeling van een weversfamilie, opende mee de parel van weefmachineproducent Picanol: een nieuw hoofdkantoor in de vorm van een glazen schietspoel. Ondanks een langdurige dip in de wereldmarkt gelooft CEO Luc Tack in de toekomst en rekent daarbij op een Braziliaanse studie.
“Ik ga ervoor hé.” Met een druk op de knop activeerde Bart De Wever vrijdagavond een weefmachine in de showroom van Picanol, sinds 1936 producent van weefmachines vanuit de West-Vlaamse stad Ieper.
(Lees verder onder de video)
De premier kwam er het nieuwe hoofdgebouw mee openen. “Wanneer ik de parking opreed, kreeg ik een ongelooflijk wauw-gevoel. Een hoofdkantoor, las ik vooraf in m’n agenda. Daar stel je je onwillekeurig een banale ‘building’ bij voor en dan kom je hier: een prachtig stuk architectuur, uitwendig maar ook als je binnenkomt. Een ongelooflijk mooi en functioneel gebouw. En dan is dit nog maar de kers op de taart die Picanol is, een iconisch maakbedrijf in onze Vlaamse industrie.”
Lokaal verankerd
Picanol werd een wereldspeler, maar bleef in Ieper. “Onze aandeelhouders, management en personeel zijn allemaal lokaal verankerd. Het beslissingscentrum behouden we hier”, zegt CEO Luc Tack. Vier jaar geleden opende een volautomatisch hoogbouwmagazijn van 32 meter. Ernaast schittert nu de glazen schietspoel, een knipoog naar de geschiedenis van de weefmachinebouwer.
“De voorbije 7 jaar investeerden we meer dan 100 miljoen euro”, aldus Tack. “We blijven investeren in robotisatie, digitalisatie, het competitief houden van ons bedrijf en vooral R&D. Innovatie is onze grootste troef om voor te blijven op de rest van de wereld. Onze enige lokale grondstof zijn ‘brains’. Hier werken 150 ingenieurs. Van de 2.200 medewerkers wereldwijd zijn 1.300 mensen in Ieper aan de slag. Onze nieuwbouw is een duurzame verankering en blijk van vertrouwen in de hoofdvestiging in Ieper. Van hieruit blijven we onze producten en technologie exporteren naar meer dan 100 landen wereldwijd.”
Onzekerheid troef
“We moeten altijd dankbaar zijn voor elke investering, maar zeker in tijden waarin onzekerheid troef is. Wanneer men misschien twijfelt om te investeren en twijfelt of Europa nog de plek is waar geïnvesteerd moet worden”, aldus De Wever. In z’n speech verwees hij naar “een volatiliteit in de wereldeconomie die we de laatste decennia niet meer hebben gekend”.
Picanol kampte de voorbije jaren met een langdurige dip in de wereldmarkt, tijdelijke werkloosheid en tientallen ontslagen. “Je moet verder kijken dan de waan van de dag”, stelt Tack. “In kleding blijven we zeer sterk: 1 op 2 jeansbroeken is gemaakt op onze machines. Op lange termijn groeit de textielindustrie nog steeds wereldwijd. We zien de toekomst met vertrouwen tegemoet.”
Braziliaanse studie
“Uit een Braziliaanse studie leerden we dat iemand die op straat leeft in Brazilië gemiddeld 10 kledingstukken heeft. Iemand die in de favela’s leeft heeft er 80, iemand die van de favela’s verhuist naar een appartement of huis heeft er 250, en de rijke Brazilianen hebben er 550”, aldus Tack. “De komende 10 jaar zal de middenklasse met 500 miljoen mensen stijgen. De vraag naar onze weefmachines zal dus blijven groeien.”
Airbag en Airbus
“Bovendien worden onze weefmachines niet enkel ingezet voor kledij”, vervolgt Tack. “Huishoudtextiel, spons, meubelstoffen, gordijnen… We zitten zelfs in uw airbags en in de tanks van de vleugels van Airbus. Dankzij het stelsel van tijdelijke werkloosheid kunnen we onze mensen maximaal aan boord houden en staan we klaar wanneer de markt weer aantrekt. Dankzij dergelijke steunmaatregelen kan de industrie onze economie zuurstof geven om structureel en duurzaam te groeien.”
Optimist
“Iemand die begint met te bedanken voor alles wat goed gaat. Dat kom je niet meer elke dag tegen”, looft De Wever. “Het is niet mijn natuur om optimist te zijn. Luc Tack is wel gekend voor zijn ongebreideld optimisme. We worden langs alle kanten uitgedaagd. Op dat moment zeggen: neen, ik geloof in onze innovatieve kracht, ik geloof in onze werknemers en ik geloof ook nog in onze overheid. Dat die toch nog de omstandigheden kan creëren of hercreëren waarin onze industrie kan bloeien. Daar kan ik alleen maar een dikke dankuwel voor zeggen.”
Vakbondsactie
Niet iedereen bij Picanol zag De Wever graag komen. Een delegatie van vakbond ABVV hing vrijdag spandoeken en slogans aan de afsluiting van de parking bij de ingang tot de productieruimtes. “Niet tegen Picanol, maar tegen De Wever die ons langer doet werken en de pensioenen afbouwt.” Zij nodigen De Wever uit nog eens terug te keren. “Niet naar het mooie nieuwe gebouw, maar naar de ateliers en gieterij. Kan men daar werken tot 67? In ploegsysteem? Probeer het zelf eens uit.”
“Nil valentibus arduum, voor zij die willen is niks moeilijk”, speechte De Wever in het nieuwe hoofdkantoor. In de showroom leerde de premier over de herkomst van de uitdrukking ‘schering en inslag’. “Ik stam af van een weversfamilie, maar daar moet je al enkele generaties voor teruggaan. Mijn vader zaliger deed genealogisch onderzoek en dat leidde naar deze streek tussen Ieper en Gent, de textielas. ik heb voorouders die ooit aan een weefgetouw hebben gestaan, maar dat is lang, lang, lang geleden.”
Geen werkloosheid
“Het is leuk om hier te zijn. Voor een Antwerpenaar is het niet gemakkelijk, maar ik moet het zeggen: dit is het hartland van de Vlaamse maakindustie, in West-Vlaanderen gebeurt het. Het is mooi dat een van de absolute iconen van de Vlaamse maakindustrie kiest voor verankering in Ieper.” Daarna vertrok De Wever naar Rome voor de uitvaart van de paus. “Anders had ik graag nog even de Menenpoort bezocht. De Westhoek is mijn favoriet deel van het land. Vooral vroeger kwam ik vaak toen de kinderen nog klein waren om verlengde weekends door te brengen en aan fronttoerisme te doen. Nergens werken mensen harder dan hier: er is geen werkloosheid. Zelfs in deze economisch tijden is het moeilijk om het juiste personeel te vinden.”
Picanol rekent op de schietspoel. “Dit nieuwe hoofdkantoor biedt hen alle mogelijkheden om nog beter met elkaar samen te werken en zal ons helpen bij het aantrekken van nieuw talent. Zonder onze mensen zouden we niet staan waar we vandaag staan als bedrijf.” (TP)
The post “Dit gebouw geeft een wauw-gevoel”: in crisistijd blijft “iconisch maakbedrijf” investeren en dat stemt zelfs premier De Wever optimistisch is provided by KW.be.
