Zo vader, zo zoon… De vader, dat is wijlen Jacques Merlevede of beter gezegd ‘Sjakke van Pop Center’, door sommigen de metalvader van Kortrijk genoemd. De zoon is Clint Merlevede (44), die ook zweert bij de snoeiharde gitaren en met hardcoreband Röt Stewart een stap hoger wil zetten via een concerttour in Brazilië. “Het plan zou zeker de goedkeuring gekregen hebben van mijn vader”, zegt hij.
Eén jaar is het geleden dat Jacques Sjakke Merlevede overleden is. Zijn betekenis voor de Kortrijkse muziekwereld is niet te onderschatten. Door hem kregen hardrock en heavy metal vanaf de jaren zeventig snel voet aan de grond in de Guldensporenstad. Horden fans kwamen van heinde en verre hun platen kopen in Pop Center. Jacques was de rots in de branding in zijn platenzaak, waar metalfans uitstekende adviezen kregen en vervolgens met een stapel platen naar buiten stapten. Of hij daar en toen mee de kiemen gelegd heeft voor de komst van metalfestival Alcatraz naar Kortrijk, blijft de vraag van één miljoen. Maar dat Jacques hulde verdient voor zijn pionierswerk – en een standbeeld? – is wel zeker.
“Mijn vader spaarde zijn kritiek niet, daardoor deed ik wel harder mijn best”
Nu is er dus zijn zoon Clint die – op zijn manier in de sporen van zijn vader aan het treden is. Hij is al jaren drummer bij diverse groepjes in het hardcore-/punkgenre, maar met Röt Stewart lijken de ambities plots een stuk hoger te liggen. De band werkte in iets meer dan twee jaar een tachtigtal optredens af en mocht in die tijd het voorprogramma doen van Napalm Death, toch een grote naam in de underground scene. Een ander hoogtepunt was toen ze te horen waren op Willy, de digitale radiozender die inzet op stevige rock. Maar nu wacht dus de grote uitdaging: een concerttour in Brazilië. In afwachting daarvan spreken we met Clint, even vriendelijk als wijlen Sjakke, en dat begint bij… tja, zijn pa.
Begin 2024 stierf Jacques aan een slepende ziekte. Hoe gaat het nu met jullie?
“Zeker voor mijn moeder is het gemis nog altijd enorm. Ze vindt gelukkig een stukje troost in de metaloptredens waar ze nog altijd graag naartoe gaat. Voor mij is er een periode voor en na. Ik vroeg heel vaak mijn vaders mening over van alles en nog wat. Dat kan ik nu helaas niet meer doen.”
Jacques had een succesvolle platenzaak tot de business wereldwijd in mekaar stuikte. Heb je ooit overwogen om in zijn spoor te treden?
“Ik speelde met het idee om een platenwinkel te combineren met een tattooshop. Ik had zijn zaak ook kunnen overnemen, maar mijn vader raadde het me af. Doe het niet, zei hij. De gouden jaren zijn definitief voorbij en het zou een vergiftigd geschenk zijn.”
Je bent zelf al sinds je 27ste drummer en voor Röt Stewart zat je bij allerlei andere hardcore bands. Wat zei hij daar over?
“Hij was niet de grootste hardcorefan maar hij waardeerde wat we deden. Ook al spaarde hij de kritiek niet. Toen ik met onze eerste band een plaat had uitgebracht, vroeg ik zijn mening. Hij vond ze niet goed (lacht). Deze plaat ga ik niet in de winkel leggen, zei hij, ze klinkt veel te amateuristisch. Dat was wel even schrikken, maar het zorgde er ook voor dat ik nog harder mijn best ging doen.”
Nu staan jullie met Röt Stewart voor het grote moment. Vertel eens over die tour in Brazilië?
“Een concertpromotor uit het hardcorecircuit heeft ons gevraagd om er een aantal optredens af te werken. We gaan er twee weken naartoe en vertrekken op 14 mei. We zijn wel trots dat we dit kunnen doen, want Brazilië heeft een levendig hardcorecircuit. Er liggen nu al vijf optredens vast en wellicht komen er nog enkele bij.”
In hardcore zijn de nummers in de regel kort. Jullie breken wel alle records: op Spotify duurt jullie langste nummer anderhalve minuut.
“Ja, dat klopt. We zeggen ook wel eens tegen mensen die een concert willen bijwonen dat ze zeker op tijd moeten zijn. Voor je het weet is het voorbij, voegen we eraan toe (lacht). Onze set duurt amper 25 minuten en dan hebben we er toch al minstens tien nummers doorgejaagd.”
Tot slot, waar ga je in Kortrijk het liefst naartoe?
“Daar moet ik geen seconde over nadenken. Dat is naar het metalfestival Alcatraz, al van bij de start in 2013. Ik sta er altijd van te kijken welke bands ze daar weten te krijgen. Wat ook speelt is dat de geest van mijn vader toch nog altijd een beetje over het festival hangt. Je houdt het niet voor mogelijk hoe vaak ik daar nog word aangeklampt door mensen die dankbaar zijn voor wat hij met Pop Center voor hen betekend heeft. En dan te bedenken dat hij in de eerste plaats een grote fan was van The Beatles.”
The post “Mijn vader zou ons plan gesteund hebben”: Clint Merlevede trekt met hardcoreband naar Brazilië is provided by KW.be.